dinsdag 30 november 2010

PB&J



mmmmmmmm...

Terugblik op een bewogen jaar - I

Bloggen is dood, hoor ik de laatste tijd veel om me heen. De mensen die regelmatig mijn blog checken zullen waarschijnlijk dezelfde indruk hebben gekregen. Het is nu eenmaal zo dat ik een baan heb waarvoor ik veel schrijf en de hele dag achter de computer zit. Aan het eind van zo'n dag kan ik me er nauwelijks toe zetten weer achter een scherm te kruipen om alleen al m'n prive-email te lezen. Laat staan dat ik nog inspiratie heb om te bloggen, zelfs over de belangrijkste gebeurtenissen in mijn leven.

Inmiddels zit ik twee weken thuis (waarover later meer) en is de inspiratie terug. Ik moet nu eenmaal schrijven, of het nu voor m'n werk is over het laatste nieuws in de autobranche of prive over zaken die mij persoonlijk aan het hart gaan. Ik neem de gelegenheid te baat om een aantal voor mij persoonlijk zeer belangrijke ontwikkelingen van het jaar 2010 van me af te schrijven. Want het was zeer zeker een bewogen jaar! Als eerste een droevige, maar ook erg bijzondere gebeurtenis.

Maria Elisabeth Hoppenbrouwers-Van Zundert

Op 10 februari 2010 is op 84-jarige leeftijd mijn oma overleden.
Al zo'n tien jaar geleden is ze verhuisd van het grote statige huis met gigantische tuin aan de veiling in Zundert naar een serviceflatje. Omdat ze steeds meer verzorging nodig had, kon ze er niet blijven wonen. Ze moest het huis verlaten waar ze jaren zo gelukkig had gewoond met mijn opa - die al tijden eerder was gestorven - en vroeger met hun drie zoons. Ze woonden er afgelegen en omringd door boomgaarden midden in de natuur. Iets waar mijn oma ontzettend van genoot. Ze was geen mensen-mens. Aan haar naaste familie had ze genoeg en ze lichtte op als we langs kwamen, maar het sociale leven in Zundert liet ze links liggen. Ze werkte liever in de tuin en genoot van de diertjes die daar rondhuppelden. Van haar en opa heb ik geleerd te genieten van de Nederlandse natuur in al haar eenvoud.

Bloemetjesschort
Mijn zus en ik gingen regelmatig een dagje spelen of logeren bij opa en oma. Nog steeds stammen mijn warmste herinneringen aan mijn oma uit die tijd. Dan zat ze in haar bloemetjesschort buiten op een bankje de verse worteltjes uit eigen moestuin te raspen. En bij het middageten zette ze ons witte boterhammen met mierzoete zelfgemaakte frambozenjam voor.

Ook al kon het echt niet anders, toen oma in het appartementje trok was dat het begin van het einde. Haar kinderen hoopten tevergeefs dat ze in het complex meer aanspraak zou hebben en misschien weer meer zou gaan ondernemen, maar daar had ze geen behoefte aan. Haar lichamelijke gesteldheid ging achteruit. Ze had reuma en al jaren diabetes.

Door de suikerziekte wilde op het laatst een wond die ze op haar been had opgelopen maar niet genezen. Haar huid en bloed waren zo dun dat ze bij het minste of geringste stootje zich al weer open haalde. Bovendien bewoog ze door de pijn van de reuma te weinig wat de doorbloeding in haar been natuurlijk ook geen goed deed.

Slecht nieuws
Begin februari kreeg ik het telefoontje van mijn vader dat oma in het ziekenhuis was opgenomen. Omdat de wond maar niet genas, liep ze gevaar bloedvergiftiging op te lopen. Oma's been moest geamputeerd worden. De operatie was goed verlopen, maar het herstel ging langzaam want ze was al erg zwak.

Op een woensdagavond trotseerden Peter-Bas en ik het barre winterweer om haar in het ziekenhuis in Breda op te zoeken. We schrokken van de schim die op het bed lag. Oma's gezicht was ingevallen en ze lag maar te staren naar een hoek in de kamer. Toen ze ons zag, lichtten haar ogen wat op. Ze ademde heel oppervlakkig alsof ze constant buiten adem was. Je moest goed luisteren om de woorden te verstaan die ze met moeite een voor een uitstootte. Door de medicijnen was ze wat in de war. Eerder op de dag had ze de zuster al verteld dat er een licht in haar kamer was, waarop de zuster ijverig aan de lichtknopjes begon te draaien en de gordijnen dicht deed 'zo beter?'...

'Baby's!'
Ik zat naast oma's bed en pakte haar ijskoude hand vast. Ze begon ineens druk te praten, ze bood haar excuses aan dat ze niet bij onze bruiloft zou kunnen zijn. Ze begon op te sommen wat ze allemaal nog meer zou missen, 'jullie zijn straks getrouwd... en dan komen er ook... baby's!'. We schrokken ervan en hoonden de opmerking weg, 'nou oma, dat moeten we nog maar afwachten hoor, zover is het nog niet, eerst maar eens trouwen.' Maar ze had een soort vreugdesterretjes in haar ogen die ik nooit zal vergeten.

Toen het tijd was om afscheid te nemen, drukte ik een kus op haar voorhoofd. Ze keek me met grote, bijna kinderlijke ogen aan. 'Rust maar lekker uit, oma. Ga maar lekker slapen zo', zei ik, vermoedend maar niet wetend dat dit het laatste afscheid was. Toen we de kamer uitliepen, had ze haar ogen weer gefixeerd op die ene hoek van de kamer.

Kort nadat we weer in Utrecht waren aangekomen, belde mijn vader. Oma was overleden. De dagen ervoor had ze alle kinderen en kleinkinderen nog gezien. Voor ons gevoel heeft ze die laatste dag nog gewacht - de hele dag liggen staren naar dat mooie licht - tot wij geweest waren zodat ze vredig kon gaan. En daar zijn we haar erg dankbaar voor.